Skip to main content

Don Pina graag gedaan en ontploft ei

In 1989 en 1990 hadden we weer grote bouwprojecten, een nieuw sanitair gebouw en een zwembad. Ook hier hadden we een straf budget om dat allemaal te realiseren, en zouden we een heleboel zelf doen, samen met een stel Portugezen, die freelance zouden komen metselen, beton storten enzovoorts. Een daarvan was Antonio, die we al hadden leren kennen bij de bouw van het hoofdgebouw 1971, de tweede was Carlos, een vriend van Antonio. Naar aanleiding van de Spaanse Grandes noemden we hen altijd Don Antonio en Don Carlos.

Op een gegeven moment brachten ze een jonge handlanger mee, van Cabo Verde (de Kaapverdische Eilanden zijn lang een Portugese Kolonie geweest, en velen hadden daarom een Portugees paspoort). Don Pina was nog niet lang in Luxemburg, en in afwachting van zijn huwelijk, eigenlijk nog zonder papieren.

Zo kwam het op een dag, dat Don Pina in Diekirch werd opgepakt door de gendarmes, en achterin de politiewagen moest wachten, terwijl de gendarmes nog een andere besogne hadden. Toevallig reden Antonio en Carlos net langs en snel stapte Pina over in de andere auto, voordat de gendarmes terugkwamen.

Hij moest dus een tijdje “onderduiken” en vroeg of hij op de camping kon blijven. Toevallig was de caravan van de zoon van Oom Jaap en Tante Bets leeg, en hij mocht van hun daarin slapen.

Don Pina was een pittig ventje, al snel leerde hij een paar woorden Nederlands en maakte zich, waar mogelijk, nuttig. Zo was hij een ster in het vliegenklappen, waarbij hij steeds tegen de dode vlieg zij “graag gedaan” hoewel hij verder geen woord Nederlands kon.

Huishoudelijk werk ging hem niet zo goed af, op een dag was hij van plan in het kleine caravannetje een ei te koken, maar vergat dit op het vuur, zodat het ei ontplofte toen het water verkookt was. Hij is toen tamelijk lang bezig geweest om de caravan weer schoon te krijgen.