Skip to main content

Boudewijn en de ijscoupes

Boudewijn was één van de vele werkstudenten die ons in de zomers kwamen helpen, hij had camping in zijn bloed, want hij was opgegroeid op camping Nommerlayen en Kohnenhof, waar zijn ouders beheerders waren geweest.

In de tijd van Nommerlayen, in de zeventiger jaren, gingen Dick, Rose, Herbert en Robert ’s avonds na het werk vaker een nachtwandeling maken naar Nommerlayen. Om Boudewijn’s ouders uit bed te roepen (ze sliepen op de eerste verdieping) gebruikten ze een ladder om tegen het raam te tikken. Samen maakten ze dan worstjes warm op een voetenrooster !

Bij het gebruiken van de ladder hadden ze per ongeluk de waslijn losgetrokken, en de was verdween daarbij in de vijver. Dit werd natuurlijk pas de dag erop gemerkt. Boudewijn’s vader dacht dat ze de was hadden gestolen en kwam verhaal halen : “jongens, geef die onderbroeken terug, dan blijven we goede vrienden”.

Boudewijn zelf had pech bij het serveren van ijscoupes : hij plaatste zijn dienblad maar half op de tafel en toen hij de coupes aan de tafelkant oppakte, viel het dienblad om en kreeg hij de volle laag ijs, slagroom en chocoladesaus over zich heen.

Een andere keer had Boudewijn een vriendinnetje met wie hij in de Mercedes van zijn vader naar de Champignon was gereden. Samen op de achterbank waren ze druk bezig, toen de auto ging rollen en ze pas verderop in het veld tot stilstand kwamen. Een handrem is toch soms wel een handig onderdeel van de auto.